Bazin “Fucking hoer” noemen geen reden tot ontslag

Nadat een werknemer tijdens een ruzie zijn teamleidster voor “fucking hoer” had uitgescholden, werd hij op staande voet ontslagen. De werknemer was het hiermee niet eens en ging naar de rechter.

De kantonrechter (te Amsterdam) stelt in zijn uitspraak voorop dat een werknemer een collega of leidinggevende niet voor “fucking hoer” behoort uit te maken. Terecht heeft de werkgeefster hierover opgemerkt dat hiermee de normen van fatsoen zijn overschreden, dat zij dit niet hoeft te accepteren en dat een maatregel op zijn plaats is. Echter, de rechter oordeelt dat de woorden “fucking hoer”niet onder alle omstandigheden een ontslag op staande voet rechtvaardigen. Een ontslag op staande voet is een vergaande maatregel, die enkel mag worden gegeven indien van de werkgeefster niet langer kan worden gevergd om de werknemer nog langer in dienst te houden. Hierbij moet rekening gehouden worden met alle omstandigheden.  

De rechter is van oordeel dat hiervan in deze zaak geen sprake is. Reeds enige tijd heerste er een gespannen sfeer op de werkvloer. Meerder werknemers –waaronder de scheldende werknemer- waren van mening dat dit kwam door de vijandige communicatie van de teamleidster. Zij hebben zich schriftelijk beklaagd bij de directie van werkgeefster, echter deze heeft vervolgens niets gedaan. Bovendien was de werknemer al meer dan 10 jaar in dienst en heeft hij zich nimmer eerder aan wangedrag schuldig gemaakt. Tot slot is de rechter van mening dat een teamleidster tegen een stootje moet kunnen. Gelet op al deze omstandigheden vond de rechter het ontslag op staande voet een te vergaande maatregel, reden waarom de rechter het ontslag vernietigde